Revitalisering van de democratie door Burgerparticipatie
Revitalisering van de democratie door Burgerparticipatie
De Vlaamse schrijver David van Reybrouck heeft in 2013 een nieuw boek geschreven met een controversiële titel: “Tegen Verkiezingen”. Wie van Reybrouck gezien en gehoord heeft tijdens de laatste uitzending van het VPRO-televisieprogramma Zomergasten heeft kunnen ervaren dat het om een scherpzinnige én diepzinnige persoonlijkheid gaat die veel wijsheid heeft vergaart op meerdere gebieden. De grootste bekendheid heeft hij gekregen met het boek “Congo: Een geschiedenis”, dat onderscheiden is met meerdere literaire prijzen. Een evenwichtig epos over de geschiedenis van dit immense Afrikaanse land, dat een Belgische kolonie is geweest.
Dit nieuwe boek gaat over wat hij genoemd heeft “het democratische vermoeidheidssyndroom” en hoe we dat kunnen proberen te verhelpen door naast verkiezingen ook door middel van lotingen burgers rechtstreeks (tijdelijk) toegang te geven tot het politieke domein. Bijvoorbeeld naast een Tweede Kamer van gekozen politieke vertegenwoordigers waar het regeringsbeleid en de wetsvoorstellen worden gedaan, komt een Eerste kamer van louter burgers, geplaatst door loting, die de wetten uiteindelijk moeten goedkeuren.
De auteur noemt zijn boek heel bescheiden een essay, maar het is eerder te kwalificeren als een gedegen dissertatie. Hij heeft zich enerzijds verdiept in de oude politieke filosofen zoals Aristoteles, Plato, Montesquieu en Rousseau en anderzijds in de democratische bestuursvormen van het oude Athene, Rome maar ook de Middeleeuwse Stadstaten Florence en Venetië . Daarnaast heeft hij ook een goed overzicht van de hedendaagse deliberatieve democratiseringsvoorbeelden in IJsland, Ierland en Nederland.
Van Reybrouck heeft ook aan de wieg gestaan van een grootschalig initiatief G1000 in België en later een vergelijkbare experiment in Amersfoort. De opgedane ervaringen zijn zo positief dat er al plannen liggen voor de komende jaren om deze vorm van burgerparticipatie in meerdere Nederlandse steden op te zetten. Naast Amersfoort zijn dat op dit moment Uden en Amsterdam . G1000 is een verwijzing naar de al vaker gebruikte afkorting van G4, G8 of G10 als bijeenkomsten van de regeringsleiders van de grootste landen. De G1000 is een door loting aangewezen representatieve doorsnede van de totale burgerbevolking die zich in deelgroepen intensief bezig houdt met controversiële onderwerpen waar de lokale of landelijke politici zich over moeten uitspreken. Zo heeft een burgervertegenwoordiging van 25 personen in IJsland gewerkt aan een nieuwe grondwet. In Ierland was het een veel grotere groep van 100 burgers waaronder Katholieken en Protestanten die samen een deel van de grondwetstekst (8 artikelen) mochten bespreken.
Gek genoeg is van Reybrouck zelf geen politicoloog of politieke filosoof maar een academisch opgeleide archeoloog , die echter na enige jaren werkzaam te zijn geweest aan een universiteit gekozen heeft voor het beroep van schrijver. Toch heeft zijn scherpzinnige geest en zijn diepgaande historische besef een document opgeleverd, dat als hét politieke boek van 2013 alle aandacht verdient. Zijn als schrijver opgedane ervaring maakt dit boekje ook literair sprankelend door de vele prachtige volzinnen, beelden en vergelijkingen. Kortom een meesterwerkje.
In het eerste hoofdstuk maakt hij met vele cijfers ondersteund duidelijk hoe groot de democratische paradox is. Vraag je bijvoorbeeld wereldwijd aan burgers (zoals bij een grootschalig onderzoek als het World Values Survey) of een democratie een goede vorm is om een land te besturen dan is het resultaat overweldigend. Bijna 92% beantwoordt dat bevestigend. Kennelijk is het concept van een democratie zeer populair. Dat is uitzonderlijk omdat bijvoorbeeld na de Tweede Wereldoorlog er pas 12 volwaardige democratieën waren. In 1972 waren dat er 44 en in 1993 al 72. Nu zijn er zo’n 117 op een totaal van 195 landen. De bestaansgeschiedenis is dus eigenlijk pas vrij kort maar de populariteit neemt wel sterk toe.
De paradox bestaat er echter in dat anderzijds het vertrouwen dat burgers in democratische instellingen, partijen en instituties hebben juist bijzonder laag is. Het vertrouwen in de praktijk van de democratie is van een bedenkelijk niveau. Opkomstpercentages bij verkiezingen dalen al decennia. Het aantal mensen dat lid is van een politieke partij daalt ook al decennia. Die vertrouwenskwestie lijkt ook nog wederzijds. De Nederlandse onderzoeker Per Kanne heeft aangetoond dat politici (onze gekozen vertegenwoordigers) zichzelf beschouwen als vernieuwend, vrijheidslievend en internationaal georiënteerd. Daarnaast echter vindt bijna 90% van de politici tegelijkertijd dat het volk eerder traditioneel, nationalistisch en conservatief is !! Politici vertrouwen de burger dus ook niet. Het gevolg kan zijn dat burgers vluchten in digitale sociale media en zich extreem negatief uitlaten, de zogenaamde reaguurders of juist sympathiseren met populistische krachten in de politiek en samenleving. Dit afnemende vertrouwen in politici en democratische instellingen ondermijnt het draagvlak en brengt de legitimiteit van de democratie ernstig in gevaar. In 2013 bracht de organisatie Transparency International hun "Global Corruption Barometer" uit. Daarin kwam naar voren dat wereldwijd politieke partijen beschouwd worden als meest corrupte instellingen!
In iedere bestuursvorm moet een balans zijn tussen legitimiteit (draagvlak) en effectiviteit (daadkracht).
Dat is de belangrijkste reden dat van Reybrouck op zoek gaat naar manieren om de democratie weer nieuw leven in te blazen en te zoeken naar mogelijkheden om de burger weer echt aan de (politieke) macht te brengen. Hij heeft er na een brede, lange zoektocht veel gevonden.
Democratische vernieuwing is een al langer bestaand thema in de politiek waar vooral ook D’66 al jaren op heeft aangedrongen. Naar hun idee moet het dan vooral gaan om een gekozen burgemeester of gekozen minister president en de invoering van een referendum en nieuwe mogelijkheden voor een burgerinitiatief. Volgens van Reybrouck zijn dat wel interessante vernieuwingen maar hun impact zal slechts marginaal zijn en niet fundamenteel het democratische vermoeidheidssyndroom wegnemen. In wetenschappelijke kring zijn er ook voorstellen gedaan voor een meer directe democratie.
Zo heeft regering Balkenende in 2005/2006 opdracht gegeven aan een burgerinitiatief om met voorstellen te komen voor vernieuwingen in het kiesstelsel. Dit Burgerforum Kiesstelsel (met 140 deelnemers) heeft ook een adviesrapport opgeleverd met als titel: “Met één stem meer keus” (dec. 2006). Helaas is het in 2008 geseponeerd door de regering, terwijl beloofd was om daarover een referendum te houden en er ook € 5 miljoen voor was uitgetrokken.
Vaak wordt er door politici en media schamper gedaan over zeggenschap van burgers die niet competent zouden zijn om te kunnen regeren. Ook politici moeten zich laten informeren door deskundigen en hebben ondersteuning om tot standpunten en voorstellen te komen. De opgedane ervaring met burgerrechtspraak (gelote burgerjury's in de VS en België) laat zien dat burgers wel degelijk in staat zijn om in geval van complexe vraagstukken (wel/niet gevangenisstraf) heel verantwoordelijk te zijn. Gelote burgers voelen zich vrij om te beslissen en hoeven geen ruggespraak te houden met een politieke achterban. Ze hoeven zich ook niet druk te maken over herverkiezing. Ze kunnen zich echt met het publieke - en lange termijnbelang bezighouden.
Van Reybrouck komt daarom met een nieuwe slogan: "No taxation without participation". De burger wil niet alleen stemvee zijn, maar wil juist spreekrecht hebben, beslissingsbevoegdheid krijgen en dus échte politieke macht. Laten we beginnen met het democratiseren van de democratie.
De SP heeft zich al sinds haar oprichting in 1972 meer dan andere partijen gericht op burgers. Afdelingen proberen met allerlei lokale acties zoals “Buurten in de buurt” te peilen wat er leeft onder de bevolking en ook via grootschalige onderzoeken onder bepaalde beroepsgroepen (politie en verpleegkundigen) . Dat neemt ze mee in haar politieke beleid en wetsvoorstellen. Directe democratie gaat echter verder en misschien kan de SP hiermee beginnen door eerst een G1000 te organiseren? In Eindhoven?
Ruud Thelosen, SP afdeling Eindhoven
Reactie toevoegen