Tweede Kamerverkiezingen (V): De coalitie, water bij de wijn
Tweede Kamerverkiezingen (V): De coalitie, water bij de wijn
In de praktijk is de partij die tijdens de Tweede Kamerverkiezingen het grootste aantal zetels weet te behalen de 'winnaar van de verkiezingen' en de enige die zeker is van deelname aan het kabinet. Behalve als er geen samenwerking (coalitie) met andere partijen mogelijk blijkt. Sinds de invoering van de huidige kiessysteem (evenredige vertegenwoordiging, ingevoerd 1917) is er geen enkele partij geweest die bij de Tweede Kamerverkiezingen de absolute meerderheid (76 van de 150 zetels) in de Tweede kamer wist te veroveren.
Voor het regeren is het hebben van een meerderheid in de Kamer niet absoluut noodzakelijk. Het is echter verdraaid handig als je de goedkeuring van de Kamer wilt krijgen en niet bloot wilt worden gesteld aan de nukken en grillen van de oppositiepartijen of van je gedoogpartner.
Om aan een meerderheid te komen wordt daarom een coalitie tussen verschillende partijen gevormd. Om ondanks de verschillende verkiezingsprogramma’s samen te kunnen regeren wordt een gezamenlijk regeerprogramma opgesteld wat de basis van deze coalitie zal vormen, het coalitie- of regeerakkoord. Dit akkoord is per definitie een compromis van de verschillende partijprogramma's van de coalitiepartners.
De partij die tijdens de Kamerverkiezingen het grootste aantal zetels weet te behalen kan het meeste gewicht in de schaal leggen als het gaat om het realiseren van zo veel mogelijk punten uit haar partijprogramma. Maar omdat één of meerdere andere partijen aan boord moeten komen voor een meerderheid moet er door alle partijen water bij de wijn worden gedaan. Punten van de individuele verkiezingsprogramma's zullen ondergeschikt moeten worden gemaakt aan de wens om (mee) te regeren. De beschikbaarheid van geschikte kandidaatpartijen, het aantal behaalde zetels en de mate waarin de partijen van elkaar verschillen bepaalt hoeveel water dit moet worden.
Dit geldt ook voor de SP, wil deze (mee)regeren. Emile Roemer zij hierover op het recente partijcongres (30 juni 2012) het volgende: “We zullen water bij de wijn moeten doen. Maar de wijn moet wel te drinken zijn, en hij moet rood zijn.”
Voor de kiezer is het maar afwachten of hij de punten die hij belangrijk vindt in het partijprogramma terugvindt in het regeerakkoord. Sommige partijen geven voor de verkiezingen al aan op welke punten ze absoluut niets willen inleveren (breekpunten).
De coalitiepartijen gaan met het regeerakkoord terug naar hun 'achterban', de leden voor instelling[1]. De kiezer die wél op de coalitiepartijen heeft gestemd, maar géén lid is van de partij, wordt pas bij de volgende raadsverkiezingen weer gevraagd.
Wat u ook doet, doe het bewust en met overtuiging...
Rob de Kruif
Redactie SP Eindhoven
[1] Een uitzondering hierop is bijvoorbeeld de PVV. De vereniging PVV kent slechts twee leden; Stichting Wilders en Geert Wilders. De algemene ledenvergadering zal navenant kort zijn
Dit artikel maakt deel uit van een zesluik rond de Tweede Kamerverkiezingen. Morgen deel zes: "Meer invloed met partijlidmaatschap"
Reacties