Eindhoven

SP-woordvoerder Gerard heeft, toen hij nog raadslid was, vragen gesteld over voorwaarden die verbonden zouden kunnen worden aan het verlenen van splitsingsvergunningen (voor appartementen) of omzettingsvergunningen (voor kamers).

Op de eerste vraag of het mogelijk is om aan een omzettingsvergunning de voorwaarde te verbinden dat de beoogde huurders in het GBA (het bevolkingsregister) ingeschreven moeten staan, antwoordt het College dat dat om juridische en praktische redenen niet kan. Juridisch niet omdat de Regionale Noodhuisvestingsverordening 2008, op basis waarvan dat zou moeten gebeuren, daar niet voor bedoeld is en dus onbruikbaar. Bovendien gaat de inschrijvingsplicht pas in als men meer dan een bepaalde tijd in Eindhoven op een adres verblijft.

Op de vraag om de vergunningen voor een beperkte tijd verleend kunnen worden, zegt het College dat dat inderdaad kan op verzoek van de aanvrager. De ervaring wijst uit dat er in zijn algemeenheid een preventieve werking uitgaat van het tijdelijk verlenen van vergunningen. Het College gaat voor 1 juni 2010 onderzoeken welke voor- en nadelen verbonden zijn aan het verlenen van omzettings- en splitsingsvergunningen op tijdelijke basis.

Tenslotte geeft het College aan, dat het circa 3200 onderzoeken per jaar doet naar de juistheid van adresgegevens. Dat resulteert erin dat in ruim 90% van de gevallen de onderzochte persoon alsnog een verhuismelding doet.

Een specifiek antwoord met betrekking tot de kamer- en appartementenverhuur geeft het College niet. We komen daar nog wel een keer over te spreken.

Bernard Gerard