Wat te doen tegen angst voor aanslagen?
Wat te doen tegen angst voor aanslagen?
In het nieuws hoorde ik dat vliegveld Zaventem weer voorzichtigjes open gaat. De schrik zit er goed in bij onze zuiderburen na de aanslagen van 22 maart in Brussel. Brussel ligt maar zo'n 130 kilometer hiervandaan. Er zijn veel Eindhovenaren die, veelal voor hun werk, regelmatig in Brussel moeten zijn. Ook Turkije is dit jaar al meer dan eens getroffen door aanslagen. Turkije ligt veel verder weg dan Brussel of Parijs maar doordat veel mensen uit onze stad daar familie hebben wonen lijkt dat ook dichterbij dan het qua kilometers is. Voor de getroffen mensen is het leed niet te overzien. Maar de aanslagen raken veel meer mensen dan direct betrokkenen. Dat dit zomaar onverwacht kan gebeuren maakt ons bang. Hoe moeten we ons daar tegen wapenen? Een belangrijke taak is weggelegd voor politie en veiligheidsdiensten. Maar wat moeten wij, gewone mensen hier in Eindhoven? En wat kunnen wij doen als gemeentebestuur? Het antwoord is volgens mij "goed samenleven".
SP-leider Emile Roemer zegt hierover: Zorgen dat er zo min mogelijk voedingsbodem is voor radicalisering. Door onderlinge betrokkenheid en integratie in buurten te verbeteren. Door gemengde buurten waarin we niet apart, maar samen leven. Door laagdrempelige inburgering, goed taalonderwijs, banen en stages. En door discriminatie en achterstelling tegen te gaan. In het Eindhovens Dagblad van 23 maart las ik een artikel van Peter Groenendijk. Hij citeert radicaliseringsexpert Omar Ramadan die zegt "Schooljuf en voetbaltrainer kunnen aanslag voorkomen". Hij noemt het voorbeeld van een lerares uit Den Haag die na de zomervakantie twee meisjes uit haar klas miste. Ze waren naar het kalifaat. Die lerares ging meteen aan de slag: ze belde met politie, jongerenwerk maar ook met de ouders van alle andere meiden in de klas. Zo wist zij te voorkomen dat er nog eens vijf meiden uit de klas vertrokken.
In Eindhoven vinden we het belangrijk dat jongeren meedoen. Dat ze kansen krijgen op een goede plek in de samenleving. Al op jonge leeftijd sporen we taalachterstanden op en bieden de mogelijkheid om die in te lopen. Dit doen we in nauwe samenwerking met onder andere consultatiebureaus, kinderopvang en scholen. Wanneer kinderen wegblijven van school komen onze leerplichtambtenaren in actie. Omdat we het niet goed vinden dat kinderen thuis zitten in plaats van in de klas. Samen met scholen spannen we ons in om voortijdig schoolverlaten te voorkomen. En als dat toch is gebeurd proberen we de jongere naar een andere opleiding te begeleiden. We proberen ook samen met werkgevers banen te creëren voor jonge mensen. Helaas is er nog lang niet voor iedere jongere een geschikte baan. Er valt nog heel veel te doen en te verbeteren.
De dreiging van een aanslag kun je nooit helemaal wegnemen. Maar we kunnen wel onze rechtsstaat en democratie verdedigen. En allemaal ons steentje bijdragen aan een samenleving waarin we elkaar opzoeken. Naar elkaar omzien. De verbinding zoeken met andere mensen om ons heen. En als overheid ons stinkende best doen voor perspectief voor alle jongeren. Als wethouder jeugd probeer ik hier in Eindhoven mijn steentje aan bij te dragen.
Reactie toevoegen