Eindhoven

Men zegt wel eens dat politiek een kwestie van lange adem is. Soms klopt dat. Eigenlijk best wel vaak zelfs.

De SP had zijn bemoeienis met de zaak Nihal Dogan destijds afgesloten met een initiatief-voorstel, dat integer handelen van gesubsidieerde instellingen via de subsidievoorwaarden probeerde te garanderen. Dat voorstel was ingediend in februari 2005 en al die tijd blijven liggen.

Wethouder H.M. Don heeft zich erachter gesteld en dat was nodig. Uiteindelijk zijn de politieke en bestuurlijke bedoelingen van indiener Bernard Gerard door ambtenaren vertaald in juridisch handhaafbare termen. Dat hebben ze goed gedaan. Bernard Gerard vond hun product beter dan zijn eigen verhaal. Hoewel sommige raadsleden op het einde van een lange en zware commissievergadering wat over de aandrang van de SP mopperden en over de overbodigheid van het geheel, is het voorstel in de gemeenteraad zonder veel discussie aangenomen. Het is dan ook allerminst overbodig.

Waar gaat het om?
Nihal Dogan was in de jaren ’90 voorzitter van de Turkse vrouwenorganisatie ETKB. Daarvan was een stichting afgesplitst, de SAS die aan Arbeidsmarkttoeleiding en Studie deed voor de eigen doelgroep. Daarvoor kreeg de SAS subsidie. Die SAS besteedde het werk vervolgens weer uit aan een extern bedrijf, waarvan dezelfde Nihal Dogan eigenaar was. Die verwevenheid leidde tot een merkwaardige administratie en de boel plofte, toen de eigen huisaccountant er uit onvrede mee naar de gemeente stapte. Dat gaf een hoop commotie, mede omdat Dogan prominent PvdAer was en het toenmalig College ook. Bovendien bleek het door de halsstarrigheid van Nihal Dogan niet mogelijk het ingezette forensische accountantsonderzoek tot een goed einde te brengen.
De toenmalige gang van zaken leidde rechtstreeks tot het huidige SP-voorstel, omdat het op basis van de subsidievoorwaarden juridisch niet mogelijk bleek iets aan de verwevenheid te doen. Weliswaar is Nihal Dogan op een gegeven moment opgestapt als voorzitter van de ETKB, maar ze bleef aan als invloedrijk extern adviseur en het voorzitterschap bleef in de familie.

Nadien zijn er meer voorbeelden geweest.
Zo is er de directeur van een schildersbedrijf in een Brabantse gemeente (niet Eindhoven), die voorzitter werd van een stichting voor kinderopvang, daar het onderhoudspersoneel ontsloeg (waarvan er een bij de SP kwam klagen), en vervolgens het onderhoud van de panden aan het eigen bedrijf gunde.
De Eindhovense SP heeft vanuit deze optiek ook de discussies van een paar jaar geleden over het dierenasiel met interesse gevolgd.
Bernard Gerard heeft ook aandachtig de ophef gevolgd rond enkele PvdA-deelraadsleden in Amsterdam Zuid-Oost, die subsidie gaven aan instellingen waaraan ze zelf verbonden waren.

Uiteindelijk heeft dus de Eindhovense gemeenteraad gezegd dat er bij gesubsidieerde instellingen geen (zakelijke) relaties mogen bestaan met bloed- en aanverwanten dan wel eigen bedrijven, stichtingen of andere rechtspersonen mogen bestaan als dat tot ongewenste verhoudingen leidt. In wezen is een dergelijke bepaling ook niet meer dan logisch, omdat de Gemeentewet ten aanzien van gemeenteraadsleden een vergelijkbare uitspraak doet.
Verder is vastgesteld dat, als het tot een forensisch onderzoek komt, daar niet de eigen huisaccountant mee belast wordt, en dat, als er een strafrechterlijk onderzoek tussen het accountantsonderzoek door fietst, het accountantsonderzoek niet gestopt wordt. Bij misdrijf wordt aangifte gedaan.

Bernard Gerard